Sinterklaas bestaat hier niet, sorry.

Ik vind het naar als ik niet goed weet of ik iemand kan vertrouwen of niet en dat is een reden waarom ik zelf graag eerlijk wil zijn.
Geloof me, dat is niet altijd handig. Soms moet ik me in allerlei bochten wringen, bijvoorbeeld omdat ik de ander niet wil kwetsen.
‘Vind je mijn nieuwe jurk mooi?’
‘Wat vind je er zelf van?’ is niet echt een geschikt antwoord om te geven als ik ‘Nee!’ denk terwijl de ander straalt van geluk.
Vaak kom ik wel weg met een variant op:  ‘Kijk daar nou!’, maar als niet, dan zeg ik inderdaad maar op mijn liefst dat ik die ándere jurk mooier vond. Ofzo.

Sinterklaas is voor mij dus ook echt een lastige. Ooit riep ik al eens tegen een moeder dat het eigenlijk best gek is hè, dat volwassenen zonder blozen hun kinderen voorliegen.
Dat had ik nooit onvoorbereid moeten zeggen. Ik kreeg er flink van langs van die moeder. Iets met dat ik de magische wereld waarin kinderen leven vernietig en het zelf ook niet meer verdiende om te bestaan. (Dit laatste had ik er van schrik bij gehoord zonder dat ze het zei. Denk ik. Haar blik en de felheid van haar woorden zeiden het in elk geval wel.)

Mijn dochter en ik volgen het complete sinterklaasritueel zoals de meeste mensen zullen doen. We stonden in de kou te wachten tot de Sint in een minibootje aankwam. We kleuren kleurplaten van Sinterklaas. We zingen de hele dag sinterklaasliedjes. We zetten onze schoen voor de verwarming (en in de supermarkt). Maar toen ze het allemaal heel eng vond heb ik ook verteld dat zwarte pieten gewone mensen zijn die zich hebben verkleed. Ze werden er iets minder eng door, maar niet veel, want ze zijn haar vaak te opdringerig. Zelfs als ze pepernoten geven (wat me goede hoop geeft voor enge mannen met snoepjes).

Ik ben nog een beetje aan het zoeken hoeveel ik haar moet vertellen. Later zal ik haar de oorsprong van de traditie vertellen, maar nu blijkt zo weinig mogelijk vertellen voldoende. Behalve als ze er om vraagt en als ze bang is.

Gisteren vroeg mijn dochter of ik het cadeautje in haar schoen zelf had ingepakt.
‘Wat denk je zelf?’ (Nee, dat zei ik niet ?!) Ik dacht lang na, probeerde nog een ‘kijk daar!’, maar ze bleef wachten op een antwoord.
‘Ja’, zei ik dus. Ik geloof niet dat ze minder genoot van het cadeautje of dat ik haar wereld vol magie en fantasie kapot heb gemaakt.
Ze ging ’s avonds gewoon bij haar schoen zingen en zei vanmorgen toen ze in haar schoen keek nog steeds verwonderd: ‘Kijk mama! Een cadeautje!’

Ja, ik ben er best bang voor dat ze ook op school gaat vertellen dat mama de cadeautjes in haar schoen stopt, maar toen ik nog in het onderwijs werkte merkte ik dat kinderen die er nog niet aan toe zijn om niét te geloven, ook niet zullen switchen, hooguit even in verwarring zullen raken.

Sorry alvast medemoeders, ik weet dat een paar van jullie me zullen vervloeken als het toch mis gaat, maar dat maakt niet dat ik het daarom anders ga doen. Ik wil het niet, maar ik kán het ook niet. Fijn dat jij dat wel kunt, ik kijk best een beetje naar je op. Ik hoef er voortaan vast niet meer bang voor te zijn dat jij niet eerlijk tegen mij bent hè. Nee die jurk staat me inderdaad vast niet ?.
Denk je dat het jou lukt om het een beetje lief te brengen?

Een gedachte over “Sinterklaas bestaat hier niet, sorry.

  1. Ik ken het gevoel. Ik moet zeggen dat misschien wel zou willen meegaan in het hele Sinterklaas voor kinderen gebeuren, maar ik heb me de afgelopen weken ook best wel een huichelaar gevoeld af en toe. Mijn vriend vindt het liegen sowieso helemaal niks dus die gaat er helemaal niets over zeggen. Ik zie wel hoe het volgend jaar loopt, als ze het allemaal nog wat meer snappen. En hoe ik me er dan bij voel. Denk ook inderdaad wel dat ze geloven wat ze willen geloven, ongeacht wat wij zeggen 😉

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *